Het sprookje - verhaalanalyse
Lees aandachtig het sprookje Klein duimpje en los volgende vragen op. Je noteert de vragen en de antwoorden op een apart blad of Worddocument en bezorgt ze aan de leerkracht.
Voor extra uitleg bij de verhaalanalyse ga je naar 'bronnen'.
1) Wat is de naam van het hoofdpersonage? /1
2) Wie zijn de antagonisten en tritagonisten van het verhaal? /2
3) is Klein Duimpje eerder een type of een karakter? Verklaar je keuze. /2
4) Waar speelt het verhaal zich af ? /1
5) Is dit sprookje een historisch verhaal, een science fictionverhaal of een actueel verhaal? Motiveer je antwoord! /2
6) Is het een realistisch of fictief verhaal? verklaar je keuze! /2
7) Op welke manier creëert de functionele ruimte een bepaalde sfeer in dit sprookje? /3
8) Welk vertelperspectief heeft de verteller? /1
9) Welk moraal wilt de auteur aan de lezer meegeven? /3
10) Formuleer drie vragen die je aan het hoofdpersonage zou willen stellen. Beantwoord deze vragen vanuit de visie van deze persoon. /3
